Hoewel het Bestuurscollege doorgaans niet in de publiciteit treedt aangaande personeelsaangelegenheden voelt het zich - naar aanleiding van aanhoudende geruchten en publicaties in de media omtrent de aan een ambtenaar van het OLB opgelegde ordemaatregel inzake het zgn. Chogogo-dossier – genoodzaakt een korte reactie te geven.
Uitgangspunt is (zoals standaard geldt in de relatie werkgever-werknemer) dat alle ambtenaren die werkzaam zijn bij het OLB een geheimhoudingsplicht hebben. Dit betekent dat het een ambtenaar niet is toegestaan (vertrouwelijke) informatie en documenten met andere (onbevoegde) personen (al dan niet buiten de organisatie van het OLB) te delen. Het overtreden van deze regel is – indien dit is komen vast te staan – strafbaar en levert daarbovenop ernstig plichtsverzuim op. Als werkgever tilt het OLB hier dan ook zwaar aan.
In dit geval is bij het Bestuurscollege op basis van verkregen informatie het vermoeden ontstaan dat de bewuste ambtenaar, die al ontslag op eigen verzoek had genomen en dus feitelijk niet meer werkzaam was bij het OLB, zich schuldig heeft gemaakt aan schending van de geheimhoudingsplicht door vertrouwelijke informatie en documenten te delen met derden (buiten de organisatie van het OLB). Teneinde te kunnen vaststellen of dit vermoeden voldoende feitelijke basis heeft, heeft het Bestuurscollege besloten tot een forensisch onderzoek door een onafhankelijke deskundige. Het Bestuurscollege vindt het met het oog op de in acht te nemen zorgvuldigheid en objectiviteit van groot belang de resultaten van dit onderzoek af te wachten.
Gelet op het feit dat dit onderzoek onder meer gericht is op de betrokken ambtenaar in relatie tot de werkplek, acht het Bestuurscollege het niet in het belang van het OLB dat de ambtenaar gedurende het onderzoek aanwezig is/toegang heeft tot de aan de (voormalige) werkplek verbonden communicatiekanalen. In dat geval (dus in het kader van het onderzoeksbelang) biedt de wet aan het Bestuurscollege de bevoegdheid de ambtenaar tijdelijk de toegang tot de werkplek te ontzeggen, zodat het onderzoek in alle vrijheid kan plaatsvinden. Gedurende de periode van deze ordemaatregel behoudt de ambtenaar alle voorzieningen en rechten als werknemer.
Het Bestuurscollege hecht er – tot slot – aan te benadrukken dat (ook) ambtenaren het recht, zo niet de plicht hebben (vermeende) misstanden aan te kaarten. Voor zgn. “klokkenluiders” binnen het OLB bestaan er verschillende mogelijkheden. Zo kunnen ambtenaren op een veilige manier contact opnemen met de speciaal daarvoor aangestelde integriteitsfunctionarissen. En daarnaast staat het ambtenaren (zoals alle burgers) uiteraard ook vrij zich tot de Nationale ombudsman te wenden.
